Enkele aandachtspunten over studentenarbeid

De zomermaanden komen eraan en misschien ben je van plan om studenten in dienst te nemen?

Graag zetten wij nog even de aandachtspunten van studentenarbeid op een rij.

1. De studentenovereenkomst

Een studentenovereenkomst moet schriftelijk worden opgemaakt en dit ten laatste op het moment waarop de student in dienst treedt. Een studentenovereenkomst is steeds een overeenkomst van bepaalde duur. De wet voorziet geen maximumduur voor het sluiten van dergelijke overeenkomst. Maar indien een student gedurende 12 maanden ononderbroken bij dezelfde werkgever tewerkgesteld is, kan er geen sprake meer zijn van een studentenovereenkomst. De regels van een gewone arbeidsovereenkomst zijn dan van toepassing.

Op de eerste dag van de tewerkstelling moet de student een exemplaar ontvangen van het arbeidsreglement. Het is aangeraden om hiervoor een ontvangstbewijs te laten ondertekenen.

2. Beperkte solidariteitsbijdrage aan RSZ

Studenten moeten aangegeven worden bij de RSZ. Bijgevolg moeten er verplicht sociale zekerheidsbijdragen betaald worden. Er is maar een beperkte solidariteitsbijdrage aan de RSZ verschuldigd voor zover de student tewerkgesteld wordt:

* met een studentenovereenkomst;

* gedurende max. 600 uren per kalenderjaar;

* gedurende de periodes van niet verplichte aanwezigheid in de onderwijsinstellingen.

De werkgeversbijdrage bedraagt 5,42%. De werknemersinhouding bedraagt 2,71%. Daarenboven is de werkgever voor het eerste, tweede en derde kwartaal van het jaar een bijzondere bijdrage van 0,01% ten voordele van het Asbestfonds verschuldigd.

3. Studentencontingent

Studenten kunnen vanaf januari 2023 maximum 600 uren per kalenderjaar werken als student onder de beperkte solidariteitsbijdrage aan de RSZ. De regeling van maximum 600 uren is geldig tot en met 31 december 2024. Om de uren te berekenen, wordt enkel rekening gehouden met de effectief gewerkte uren. Feestdagen, betaalde ziektedagen, enz. worden niet in rekening gebracht van het contingent.

Indien het contingent van 600 uren overschreden wordt, krijg je hiervan melding bij het verrichten van de Dimona-aangifte en zullen de normale sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd zijn.

Het is aan te raden om een attest met het aantal resterende uren op te vragen bij de student om te controleren welke uren van zijn of haar contingent nog beschikbaar zijn onder de beperkte sociale zekerheidsbijdragen. De student kan zo'n attest opvragen via de Student@work-app.

4. Dimona

Uiterlijk op het ogenblik waarop de student prestaties begint te leveren en na het sluiten van de studentenovereenkomst, is het verplicht om een dimona-aangifte te doen (type STU).

Het is belangrijk dat de dimona-aangifte tijdig wordt uitgevoerd. Indien de Dimona niet of niet correct wordt gedaan, kunnen er aanzienlijke sancties worden opgelegd.

5. Einde van de studies

De RSZ aanvaardt dat de beperkte solidariteitsbijdrage nog van toepassing is tot en met 30 september van het jaar waarin de student in juni zijn/haar studies beëindigt en zijn/haar diploma behaalt. De tewerkstelling moet dan ook de kenmerken van studentenwerk hebben, het mag niet gaan om een verdoken proefperiode van een gewone arbeidsovereenkomst.

Indien men zijn/haar studies vroegtijdig tijdens het school-of academiejaar beëindigt en zich officieel uitschrijft als student, kan men tijdens het resterende deel van het school- of academiejaar niet meer tewerkgesteld worden met een studentenovereenkomst, ook niet tijdens de vakantieperiode die volgt op de stopzetting van de studies.

Wens je meer info over de tewerkstelling van studenten? Neem zeker contact met ons op.

Op de hoogte blijven?